De vervroegde overgang

Wanneer spreekt men van een vervroegde overgang?

Hoe het juist komt dat sommige vrouwen soms te kampen krijgen met een vervroegde overgang, is niet precies bekend. Voor de meeste vrouwen is het horen van de diagnose “vervroegde overgang” geen pretje, omdat zij hier nog totaal niet op voorbereid zijn.

De gemiddelde leeftijd dat een vrouw stopt met menstrueren in 51 jaar. Men spreekt dan van de menopauze op het moment dat je langer dan één jaar geen menstruatie meer had. Vooraleer deze laatste menstruatie er is, heeft men doorgaans een reeks vervelende klachten.

Toch kan het gebeuren dat de menstruaties stoppen nog voor men 40 jaar is. Als een vrouw van minder dan 40 jaar vier maanden geen menstruatie meer heeft en er is door bloedonderzoek een verhoogde FSH-hormoonconcentratie vastgesteld, dan is die vrouw in de vervroegde overgang. Verschillend met de menopauze is dat de menstruatie toch weer een poosje kan terugkomen en dat men periodes kent met en zonder menstruatie.

Heel wat vrouwen komen tot de vaststelling dat zij in de vervroegde overgang zitten door te stoppen met anticonceptie omdat zij zwanger willen worden. Zij stellen wel vast dat er geen menstruatie meer komt, maar de bijhorende verschijnselen zoals opvliegers worden niet gelinkt aan de menopauze omdat men hier nog te jong voor is.

De vervroegde overgang wordt ook soms climacterium praecox genoemd of ook POF wat staat voor prematuur ovarium falen.

Hoe wordt vervroegde overgang veroorzaakt?

Als men in de vervroegde overgang komt, dan kan dit zijn omdat de eicelvoorraad op is. Nog een reden kan te vinden zijn in het feit dat de eierstokken niet meer reageren op de hormoonstimulatie die van uit de hersenen komt. Ook op een stimulatie met hormoonpreparaten zal dan niet meer gereageerd worden.

Als men vermoedt dat men in de vervroegde overgang zit, dan neemt men uiteraard best contact op met een arts. Die zal zich omtrent een aantal zaken informeren, zoals operaties die je onderging, medicatie die je neemt, eventuele bestralingen die je gehad hebt, aangeboren afwijkingen in de familie, hoe oud je moeder was wanneer zij in de overgang kwam. Ook is het belangrijk om te weten of andere familieleden vervroegd in de overgang gekomen zijn. De leeftijd waarop je in de overgang komt, kan namelijk erfelijk zijn.

Bij het vernemen van de diagnose “vervroegde overgang” zal men zich als vrouw niet echt goed voelen. Er heerst ongeloof, boosheid en verdriet.  Sommige vrouwen zijn hier beschaamd over en voelen zich door hun lichaam in de steek gelaten. Hierover spreken met anderen, is niet altijd evident. De ontgoocheling wordt nog groter als er nog een kinderwens is die misschien niet kan vervuld worden. Verder hebben de typische klachten zoals opvliegers een grote invloed op het dagelijks functioneren.